ARO (ARBEIDSDESKUNDIG REINTEGRATIE ONDERZOEK)
Arbeidsdeskundig onderzoek
Voorafgaand aan de WIA-beoordeling van uw arbeidsongeschikte werknemer, toetst het UWV de re-integratie-inspanningen van zowel de werkgever als de werknemer. De criteria liggen op het medische en arbeidskundige vlak.
De re-integratie-inspanningen van de werkgever worden door het UWV o.a. getoetst op het tijdig starten van de zogenoemde 1e en 2e spoor re-integratieactiviteiten. Dat wil zeggen dat tijdig gezocht is naar duurzaam passende arbeid bij de eigen en/of een andere werkgever.
Het vaststellen of er al dan niet duurzaam passende arbeid aanwezig is bij de eigen werkgever aanwezig is, dient door een arbeidsdeskundige te gebeuren door middel van een arbeidsdeskundig onderzoek.
Het onderzoek bestaat uit
De arbeidsdeskundige heeft voor het onderzoek een actueel inzetbaarheidsprofiel van de werknemer nodig, dat opgesteld is door de bedrijfsarts. Een inzetbaarheidsprofiel wordt ook wel Functionele Mogelijkheden Lijst (FML) genoemd en is een overzicht van de benutbare mogelijkheden van de werknemer.
In geval er geen verdere re-integratiemogelijkheden zijn in de eigen functie worden de mogelijkheden in een andere functie bij dezelfde werkgever onderzocht = spoor 1 en de re-integratiemogelijkheden bij een andere werkgever = spoor 2. Voor spoor 2 wordt dan veelal een re-integratiebedrijf ingeschakeld.
De arbeidsdeskundige adviseert over mogelijke vervolgstappen voor een goed re-integratietraject en wijst waar mogelijk op de juridische- en financiële consequenties.
De rapportage van de arbeidsdeskundige wordt gehanteerd als één van de documenten voor uw re-integratiedossier. Bij een eventuele WIA-aanvraag dan wel deskundigenoordeel, fungeert deze rapportage mede ter onderbouwing naar het UWV van de door u en uw werknemer geleverde re-integratie-inspanningen.